Sempre que penso uma cousa
Telkens wanneer ik aan iets denk
Sempre que penso uma cousa, traio-a.
Só tendo-a diante de mim devo pensar nela,
Não pensando, mas vendo
Não com o pensamento, mas com os olhos.
Uma cousa que é visível existe para se ver,
E o que existe para os olhos não tem que existir;
Só existo directamento para o pensamento
e não para os olhos.
Telkens wanneer ik aan iets denk, verraad ik het.
Slechts met iets voor ogen mag ik daaraan denken,
Niet denkende, maar ziende
Niet met het denken, maar met de ogen.
Iets wat zichtbaar is, bestaat om het te kunnen zien;
En wat bestaat voor de ogen hoeft niet te bestaan;
Ik besta alleen rechtstreeks voor het denken
en niet voor de ogen.
Olho, e as cousas existem.
Penso e existo só eu.
Alberto Caeiro
heteroniem van
Fernando Pessoa 1888 - 1935
Poemas inconjuntas - Onverzamelde gedichten
Ik kijk, en de dingen bestaan,
Ik denk, en alleen ik besta.
vertaald door
August Willemsen